Lente Akkoord webinar: Grootschalige houtbouw

Van links naar rechts: Joost Bruijn (gebiedsontwikkelaar bij gemeente Dijk en Waard), Ernest Kuiper (acquisiteur-ontwikkelaar bij woningcorporatie Woonwaard), Sander Woertman (programmaleider bij lente Akkoord), Jurrian Knijtijzer (oprichter en directeur Finch Buildings), Tomas Peeters (consultant bij Copper8)

Op 1 september 2025 nam Jurrian Knijtijzer names Finch Buildings deel aan het Lente Akkoord webinar Grootschalige Houtbouw: regelgeving, kosten en kwaliteit.

Lees hier het verslag van Berber Bijma, gepubliceerd op lente-akkoord.nl op 3-9-2025. 

Grootschalige houtbouw: een prima businesscase

Houten appartementencomplexen of rijwoningen worden langzamerhand gewoner. En hebben een prima businesscase. Het vraagt wel een andere manier van denken, bijvoorbeeld door CO2-opslag en tijdwinst te beprijzen.

Wat hebben we geleerd van grootschalige houtbouwprojecten die de afgelopen jaren in Nederland zijn gerealiseerd? Die vraag stond centraal tijdens het webinar op 1 september 2025, onder leiding van Sander Woertman, programmaleider van Lente-akkoord 2.0. De overige deelnemers waren:

  • Jurrian Knijtijzer, oprichter en directeur Finch Buildings
  • Tomas Peeters, consultant bij Copper8
  • Ernest Kuiper, acquisiteur-ontwikkelaar bij woningcorporatie Woonwaard
  • Joost Bruijn, gebiedsontwikkelaar bij gemeente Dijk en Waard

Businesscase

Finch Buildings zet zich sinds 2014 in om houtbouw zo gewoon mogelijk te maken, schetste Knijtijzer. ‘We zien dat de houtbouwsector een soort puzzel is die nog stukjes mist. Opdrachtgevers worstelen met de businesscase, architecten worstelen met ontwerpen voor houtbouw, fabrieken en aannemers puzzelen met de realisatie. Wij proberen het ontbrekende puzzelstukje te zijn voor al die partijen en zo te zorgen dat er meer houtbouwprojecten komen.’

Dat houtbouw toekomstperspectief heeft, daar twijfelt Knijtijzer niet aan. We moeten CO2-uitstoot verminderen, materiaal veel meer circulair gebruiken en efficiënter bouwen met het oog op personeelstekorten. ‘We moeten kortom anders bouwen dan op de complexe manier waarop we het nu doen, met allerlei disciplines die op de bouwplaats bij elkaar komen.’ Modulair bouwen, onder gecontroleerde omstandigheden in fabrieken en met een relatief korte assemblagetijd in de buitenlucht, heeft daarom verreweg zijn voorkeur.

Met Carbon Credits zou je als ontwikkelaar zo 2.500 euro terug kunnen verdienen per appartement.

Bouwen met hout biedt niet alleen klimaatvoordelen. Knijtijzer: ‘Houten gebouwen zijn gezonder. Er zijn metingen gedaan bij kinderen op scholen die beter presteren in houten klaslokalen. In houten zorginstellingen neemt het ziekteverzuim af. Met dat soort voordelen verdien je de paar procent hogere bouwkosten snel terug.’ Hetzelfde geldt volgens hem voor de financiële voordelen van de losmaakbaarheid en daarmee de mogelijkheden voor toekomstig hergebruik.

De businesscase zit ook in het vastleggen van CO2, betoogt Knijtijzer. ‘In Alkmaar werd bijvoorbeeld 2100 ton CO2 opgeslagen in een houtbouwproject. Als je dat beprijst op 150 euro per ton, zou je als ontwikkelaar 2.500 euro terugverdienen per appartement.’

Carbon credits

Hoe werkt dat eigenlijk, geld verdienen aan het vastleggen van CO2 in houtbouwprojecten? Op die vraag ging Tomas Peeters in. ‘In veertien houtbouwprojecten hebben we nu 25.000 ton CO2 opgeslagen. Bij een prijs van 100 à 150 euro per ton die opgeslagen wordt, komt dat neer op 3,75 miljoen euro aan extra waarde die ontstaat door deze manier van bouwen.’

De markt voor carbon credits in de houtbouw staat nog in de kinderschoenen, zegt Peeters, maar kan wel degelijk bijdragen aan de businesscase. Carbon credits ontstaan door het gebruik van biobased materialen die CO2 vastleggen. ‘Voor de opgeslagen CO2 kun je krediet aanvragen, dat je vervolgens kunt aanbieden aan partijen die hun uitstoot willen compenseren.’ Het eerste echte carbon-certificaat voor een natuurhuisje van Ballast Nedam is inmiddels verhandeld op vastgoedbeurs Provada.

Carbon credits bieden de koper geen vrijbrief om maar ongebreideld CO2 uit te stoten, benadrukt Peeters. ‘Niet alle partijen mogen zomaar carbon credits kopen. Er moet duidelijk sprake zijn van uitstootvermindering. Carbon credits zijn dus geen vorm van greenwashing, maar een middel om de transitie naar een groene toekomst te versnellen.’

Waar komt de verdienste van de carbon credits terecht, vroeg gespreksleider Woertman zich af. Dat is nog een punt van discussie. Knijtijzer vindt dat die verdienste in principe bij de eindklant moet liggen, want die heeft zijn nek uitgestoken door opdracht te geven voor een houtbouwproject.

Aan het begin van de keten, bijvoorbeeld bij de bosbouwer, is ook denkbaar. ‘Het belangrijkste is dat je dubbeltellingen voorkomt.’ Dat is in de certificering geborgd, aldus Peeters. ‘Onderdeel van de certificering is inzichtelijk maken waar al credits zijn geclaimd, zodat ze niet nog een keer worden geclaimd. Dat geeft vertrouwen aan de markt.’

Voor woningcorporaties zijn carbon credits heel aantrekkelijk, stelt Ernest Kuiper. Toch is Woonwaard nog voorzichtig met de verkoop van carbon credits die zijn ontleend aan houtbouwprojecten. ‘We werken binnen de kaders van de Woningwet en er staat nog altijd een vergrootglas op de financiën van corporaties. Samen met 23 corporaties en onze koepelorganisatie kijken we nu of en hoe we dit kunnen inpassen.’ Liefst zou Kuiper zien dat gemeenten de carbon credits van woningcorporaties aankopen. ‘Dan heb je een heel mooi verhaal en een goed voorbeeld voor andere projecten.’

Opleveren in één jaar

Een financieel voordeel van houtbouw dat nog vaak over het hoofd wordt gezien, is de snelheid waarmee een project gerealiseerd kan worden. Met die snelheid zijn er minder tussentijdse stijgingen van rente en materiaalkosten. Ook (dure) tussenoplossingen voor mensen die met spoed een woning nodig hebben, zijn minder vaak nodig.

De wijk De Klamp in Heerhugowaard is een mooi voorbeeld van die snelheid. Tijdens het seminar vertelden Ernest Kuiper en Joost Bruijn hoe dat houtbouwproject vorm heeft gekregen. Binnen een jaar werden 59 sociale huurwoningen gerealiseerd, van eerste telefoontje tot oplevering. De woningen zijn onder meer bedoeld voor Oekraïense vluchtelingen.

De vraag is: ben je een beslisser of een beïnvloeder? Heb jij het lef om jouw ambitie op tafel te leggen en overeind te houden? Dat maakt het verschil.

Bruijn: ‘De Klamp kwam in beeld als opvolger voor een locatie die we maar tien maanden konden huren voor de opvang van Oekraïners. Als je binnen tien maanden iets moet realiseren op een plek waar nog niets staat, heb je elkaar heel hard nodig.’

Het project kreeg in volle vaart vorm doordat alle betrokken partijen, waaronder ook Finch Buildings, wekelijks om tafel zaten. Betrokken ambtenaren werden beurtelings aan tafel uitgenodigd, waarmee de soms lange reis langs gemeentelijke loketten flink werd ingekort. ‘We namen risico’s’, zegt Bruijn, ‘maar die hebben we gedeeld met gemeente, woningcorporatie en leveranciers. Ik denk dat dat vrij uniek is.’

Voor Kuiper was de samenwerking met de gemeente cruciaal. ‘Voor een project als dit heb je mensen met lef nodig. De vraag is: ben je een beslisser of een beïnvloeder en heb jij het lef om jouw ambitie op tafel te leggen en overeind te houden? Dat maakt het verschil. Dit project stond binnen een jaar, maar anderhalf jaar is ook nog steeds heel snel. Gemiddeld duurt een bouwproject in Nederland zeven jaar van idee tot realisatie.’

De voordelen van snelheid moeten niet onderschat worden, vindt Knijtijzer. ‘In een pressure cooker opereren is een belangrijke les. Dan heb je minder kans op vertraging en prijsverhoging door externe factoren. Dat vraagt veel energie, maar als het lukt, zie je dat er veel meer voordelen aan zitten: sneller huurpenningen, minder rente en beleggers die hun geld sneller aan het werk kunnen zetten.’

Tekst: Berber Bijma

Copper8 publicatie: CO₂-vastlegging in biobased bouwmaterialen
Finch publicaties: Downloads