Finch Buildings, Heijmans One en NEZZT (De Meeuw), drie grote producenten van verplaatsbare woningen, hebben de handen ineen geslagen. De bouwers vinden dat er nog te grote knelpunten zijn voor het realiseren van verplaatsbare woningen, terwijl deze woningtypes juist een goede bijdrage kunnen leveren aan circulaire woningbouw.
Zo vinden de bouwers dat er nog veel onduidelijkheid is over de bouwvergunning. Als je de woning na tien jaar verplaatst, moet er dan een nieuwe bouwvergunning komen? Veel partijen weten dat niet. Daarom zijn Finch Buildings, Heijmans One en Nezzt van mening dat de overheid hier duidelijke regels over moet opstellen. “Wij adviseren het Rijk het zo te regelen dat er niet bij elke verplaatsing een nieuwe bouwbesluittoets aangevraagd hoeft te worden. Ook zouden de oorspronkelijke kwaliteitseisen bij verplaatsing van een woning gewoon moeten gelden. Daarmee maak je deze woningtypes een stuk aantrekkelijker”, legt Thijs Luijkx, woordvoerder van het collectief, uit.
Aangeboden voor in Transitieagenda Bouw
De drie bouwers hebben dit advies, en nog een aantal andere, geformuleerd en deze aangeboden voor in de Transitieagenda Bouw. Deze agenda is onderdeel van Nederland Circulair 2050, een programma om Nederland circulair te maken. Volgens de bouwers kunnen verplaatsbare woningen, omdat ze niet afgebroken te hoeven worden en herbruikbaar zijn, een goede bijdrage kunnen leveren aan de circulaire economie. Op 15 januari wordt de Transitieagenda gepresenteerd.
Meer hierover is morgen te lezen op Cobouw.nl.